Concreet kun je de vragen stellen: ‘Hoe zorg je ervoor dat de informatieprofessional de juiste vaardigheden/kennis leert?’ en ‘Hoe zorg je er voor dat de managers gaan sturen op informatievoorziening binnen hun eigen processen?’.
Concreet kun je de vragen stellen: ‘Hoe zorg je ervoor dat de informatieprofessional de juiste vaardigheden/kennis leert?’ en ‘Hoe zorg je er voor dat de managers gaan sturen op informatievoorziening binnen hun eigen processen?’.
De verkenningen van Archief2020 sluiten aan bij de programma- mijlpaal die is geformuleerd in het Archief2020 Uitvoeringsplan 2016: “In 2016 hebben de convenantpartners een curriculum rond ‘digitaal duurzaam archiveren en ontsluiten’ laten ontwikkelen voor groepen van professionals en managers, dat innovatief en aansprekend is en die de kloof tussen archivaris, informatiemanager en ICT’er overbrugt.” Helaas is het niet tot een curriculum gekomen, maar bevatten de twee verkenningen wel concrete aanbevelingen voor vervolgstappen.
De twee deelprojecten zijn uitgevoerd om antwoord te geven op twee vragen.
Vraag 1: Hoe kunnen de nieuwe kennisproducten die Archief2020 heeft opgeleverd hun weg vinden in opleidingen en trainingen voor archivarissen en andere informatieprofessionals?
Vraag 2: Wat zouden overheidsmanagers moeten bijleren over duurzame toegankelijkheid? En hoe en met wie zou de ontwikkeling van curriculum georganiseerd kunnen worden?
De informatiesector
De afgelopen jaren heeft het programma Archief2020 gezorgd voor een stimulans in de informatiesector om samen te werken, oplossingen te bedenken en producten te maken. Bij het beantwoorden van de eerste vraag is hierbij geconstateerd dat er tussen Archief2020 en de vakopleidingen/ adviesbureaus weinig afstemming is geweest om gezamenlijk op te trekken om trainingen aan te bieden. Dit is opvallend omdat de opleiders veel contact hebben met de ‘eindgebruikers’, terwijl Archief2020 veel energie stak in de ontwikkeling van nieuwe kennisproducten. De ervaring is vanuit het verleden dat de energie vaak teveel wordt gestoken in het opstellen van handreikingen/procedures en onvoldoende in het gebruik daarvan.
Een van de adviezen is dan ook om inzichtelijk te maken in welke mate de in beheer zijnde producten worden gebruikt. Dit inzicht is er nu minimaal. Een voorbeeld is TMLO, waarvan de indruk bestaat dat het actief gebruikt wordt. Onbekend is echter wie er allemaal mee werken en in welke mate bijvoorbeeld het gebruik nog gestimuleerd moet worden. Een ander voorbeeld is de ‘Handreiking strategisch informatieoverleg’. Welke organisaties maken hier gebruik van? Welke ervaringen hebben ze er mee? En wat zou verbeterd kunnen worden aan de handreiking? Aspecten die tot op heden sterk onderbelicht zijn.
De adviezen voor 2017 zijn dan ook om onder meer inzichtelijk te maken in welke mate de in beheer zijnde producten worden gebruikt en om een samenwerkingsverband te organiseren met opleiders om zowel best als basic practices actief te delen in het vakgebied.
Een ander advies is om een samenwerkingsverband te organiseren met opleiders om zowel best als basic practices te delen met het vakgebied, en de ‘Haagse torens’ even te verlaten en concreet contact te zoeken met gebruikers. Nu wordt een organisatie zoals het Nationaal Archief nog sterk als een gesloten bolwerk ervaren.
De tweede verkenning richt zich specifiek op de curriculumontwikkeling voor overheidsmanagers. Hierbij is er een onderscheid tussen overheidsmanagers met specifiek informatiebeleid in portefeuille en de ‘algemene manager’.
Wat wil de (I)-manager?
De vraag ‘Welke kennis en vaardigheden zou een (I-)manager moeten hebben binnen de overheid om (voor zijn/haar organisatie) tot duurzaam toegankelijk informatiebeleid te komen’ is niet makkelijk te antwoorden. Er is geconstateerd dat er een grote verscheidenheid binnen de doelgroep is, maar ook dat er een enorme diversiteit is aan digitale volwassenheid van de verschillende overheidsorganisaties. Binnen de provincies is er een andere behoefte dan bijvoorbeeld op gemeente- of waterschapsniveau. Wat wel overeenkomt, is dat de verschillende partners alle blijven inzetten op bewustwording, waarbij beide doelgroepen (I- en algemeen managers) worden genoemd. Ook blijkt wel dat alle bestuurlijke partners (Unie van Waterschappen, IPO en VNG) een vorm van een ‘digitale agenda 20xx’ hebben en er dus structureel aandacht is voor ‘duurzaam archiveren’.
Op de agenda
De twee verkenningen hebben nog onvoldoende geleid tot concrete stappen, maar hebben er wel toe geleid dat het onderwerp op de verschillende agenda’s staat van onder andere koepelorganisaties, zoals VNG, UvW en IPO en dat verschillende organisaties die kennisproducten beheren in gesprek zijn over de bevordering van het gebruik en de samenwerking hierin met verschillende opleiders. Hopelijk worden in 2017/2018 wel concrete stappen gezet die uiteindelijk helpen aan een beter functionerende digitale overheid.
jeroen@jonkersenko.nl, Jeroen Jonkers is hoofdredacteur van Od.
Noot:
1 Kijk voor de verkenningen op https://www.archief2020.nl/projecten/verkenningen-curriculum-ontwikkeling