Babyboomers zijn the bom!
Babyboomers zijn the bom!
Waar is de kennis van de organisatie opgeslagen? Informatiemanagers zijn geneigd dan gelijk het archief te roepen, als tweede de werkplek en pas als laatste: de hoofden van de medewerkers. Terwijl zich tussen de oren het meest efficiënte en toegankelijke archief bevindt; en de manier om erin te komen is een simpele vraag, mondeling of per e-mail.
De meeste kennis
Waar zit de meeste kennis van de organisatie? Die vraag is nu makkelijk te beantwoorden: dat is bij de babyboomer. Juist de persoon die al vanaf ongeveer 1978 in de organisatie werkt en alle afdelingen, rollen, functies, medewerkers en het politieke spel van haver tot gort kent. Daarnaast heeft de babyboomer ook alle organisatieontwikkelingen meegemaakt en weet wie welke invloed heeft. Die invloed is vaak niet gelijk aan het aantal volgers op Twitter, Yammer, Facebook et cetera. De babyboomer heeft een intern LinkedIn-netwerk, waarbij je niet hoeft te vragen om een aanbeveling, maar waarbij vaak wel een ongezouten mening hoort, die ‘tussen deze muren blijft’, maar waar je als generatie X/Y wel je voordeel mee kan doen.
Koppel de generaties
De babyboomgeneratie is zich er goed van bewust dat zij over een paar jaar met pensioen gaat. Ik zie in mijn omgeving dat zij zich er terecht zorgen over maakt wat er met haar werk en kennis gedaan wordt. Een ideale situatie is dat er een generatie X/Y’er ruim voor het pensioen gekoppeld wordt aan een babyboomer. Niet in een mentorsysteem of in een verhouding senior-junior, maar op gelijkwaardige basis. Hetzelfde werk uitvoeren, van elkaar leren en in elkaars kasten (of op elkaars schijven) kijken. In tijden van bezuiniging is dit natuurlijk een ideaal streven, maar wat kost het niet als de generatie X/Y zelf het wiel gaat uitvinden en geen kennis heeft om op terug te vallen?
Ze zoeken aansluiting
Wie zegt dat babyboomers niet meer willen leren, hebben nog nooit gekeken naar de opkomst bij een cursus/workshop social media. Allemaal babyboomers die daar de aansluiting zoeken met de jongere generatie. Typerend is dat ze niet weten hoe, maar dat komt ook omdat ze niet weten hoe, omdat de generatie X/Y zich gesloten organiseert in clubjes waar JONG op staat en waar ouderen niet aan mee mogen doen. De JONGE ambtenarenorganisaties willen vooral van elkaar leren, netwerken en aan de vrijmibo. Babyboomers vinden dat ook heel gezellig en belangrijk. Je moet ze misschien uitleggen dat een vrijmibo gewoon een vrijdagmiddag borrel is, maar verder zijn de kaasstengels en de bitterballen hetzelfde als twintig jaar geleden.
Het zou zonde zijn als generatie X/Y niet gaat netwerken en niet de kennis gaat opslurpen van de vertrekkende babyboomgeneratie. Want dan bestaat de kans dat ook het meest toegankelijke archief van de organisatie met pensioen gaat; en dat levert geen kostenbesparing op.
Annemieke Adema, a.adema@gmail.com
Relax; the new generation is here to stay!
Niet meer eindeloos vergaderen, maar Lync-en. Administratieve lasten? Dat kan toch geautomatiseerd? Geen kennis van een onderwerp? Nee, niet zelf het wiel uitvinden; gewoon even binnen het netwerk kijken wie er het meest van weet.
Beter en efficiënter
De nieuwe generatie doet hetzelfde, maar dan op een betere en efficiëntere manier. Met uitgebreide kennis en ervaring van het internet, de nieuwste gadgets en hun uitgebreide netwerk hebben ze een andere uitgangspositie dan de vaak meer traditionelere oudere generatie, en dat merk je dan ook in de praktijk.
Een paar voorbeelden om dit toe te lichten:
- De nieuwe generatie werkt graag samen. Niet zoals de oude generatie stilletjes en geheimzinnig in een kamertje apart vijf dagen per week van 7.30 tot 15.30 iets uitdenken en daarna na een jaar of wat – als het af is en het eigen stempel er inmiddels ruimschoots opgedrukt is – de organisatie pas informeren/bombarderen. Nee, dan liever samen met de organisatie (en liefst daarbuiten) zorgen voor een oplossing waar echt om wordt gevraagd. Die dan veel meer kans van slagen heeft, omdat er een breder draagvlak is en de oplossing voortkomt uit een organisatorische probleemstelling en niet slechts uit eigen kennis en/of eigen belang.
- De nieuwe generatie wacht niet op een opdracht van de baas, maar ziet proactief wat waar nodig is, alleen al omdat hij/zij door het netwerk al lang en breed weet welke ontwikkelingen op dit moment handig zijn voor zijn/haar organisatie.
- De nieuwe generatie vindt het wiel niet zelf uit (zoals de oude garde: “bij onze organisatie werkt dat heeeel anders!”), maar zoekt de juiste informatie, leert van de positieve en negatieve ervaringen van anderen en combineert deze tot een beter wiel.
De kennis en kunde van de oude generatie als basis voor de nieuwe generatie is dus niet meer zo waardevol als vroeger. Kennis is alom aanwezig en de ‘oude’ kunde is niet meer nodig of gewenst, omdat het nu immers toch anders werkt en de ontwikkelingen te snel gaan om overal zelf deskundig in te kunnen zijn en te blijven.
Oude kennis kan zelfs tegenwerken
Oude kennis, dus kennis van hoe het vroeger goed werkte, kan de nieuwe generatie tegenwerken. Als de oude generatie de nieuwe leert hoe het moet op basis van verouderde kennis en de eigen in het verleden opgedane ervaring, dan kan de nieuwe generatie hier schade van ondervinden. Als de nieuwe generatie bijvoorbeeld wordt geleerd hoe een digitaal archief moet worden ingericht op basis van een papieren uitleg, kan hier niet veel goeds uitkomen. En als dan de uitgangspunten zijn dat er niets aan veranderd mag worden (“want dat werkt niet; dat is al eerder geprobeerd”), dan vormt dit zelfs een risico voor de ontplooiing van creativiteit van de nieuwe generatie, die met al zijn enthousiasme, brede kennis en oplossingsgerichtheid niet verder mag.
Ten slotte moet er ook in de huidige situatie nog veel bedacht en uitgewerkt worden om te komen tot nog betere digitaliseringsslagen. Hierbij gaat teveel kennis van zaken tegenwerken, omdat het voor de oude garde, eenmaal in een vast stramien, (logischerwijs) moeilijk is om buiten het eigen kader te kijken naar nieuwe mogelijkheden.
Kortom: de oude generatie is welkom, maar zal zich moeten blijven aanpassen aan de nieuwe realiteit, de nieuwe ontwikkelingen en dus ook: de nieuwe generatie.
Esther Maes, e.a.m.maes@tudelft.nl
Onze conclusie
Beide generaties zijn op dit moment nodig: de nieuwe medewerker kan niets beginnen zonder een bepaalde informatiebasis. De oude garde kent een organisatie het beste en wil dat graag vertellen aan de jongeren, zodat die niet het wiel opnieuw hoeven uit te vinden. Maar de babyboomers moeten ook leren loslaten en de nieuwe, misschien ietwat wilde, ideeën niet meteen afserveren. De nieuwe kijk moet blijven, want daar zullen we de komende jaren wel mee blijven werken.
De organisatie kan niet zonder de een of zonder de ander; kennis van zaken blijft nodig, ook als dit kennis van oude zaken is. Die zijn even waardevol als de frisse blik van de nieuwe generatie en hun ideeën over en kijk op de nieuwe ontwikkelingen. En als de generatie X/Y met pensioen gaat, dan moeten ze zich vooral herinneren hoe zij met de babyboomers omgingen. Zodat de twintigers en dertigers in 2050 niet tegen hetzelfde dilemma als nu aanlopen.
Tot slot zijn we erg benieuwd naar uw conclusie en ervaringen met dit vraagstuk en geven we in Od graag de ruimte aan praktijkverhalen.