Beeld: Pexels
Tekst: Jasper Hoogenhout, Maik Larooij, Guido Enthoven en Maarten Marx (UvA)
Jasper Hoogenhout is masterstudent information science aan de Universiteit van Amsterdam, Maik Larooij is wetenschappelijk programmeur bij WooGLe (Universiteit van Amsterdam), Guido Enthoven is directeur bij het Instituut Maatschappelijke Innovatie en Maarten Marx universitair is docent aan het Instituut voor Informatica van de Universiteit van Amsterdam
Hoe staat het met de huidige Woo-index, 1 jaar na de implementatie? In dit artikel gaan we na welke bestuursorganen al in de Woo-index zitten, hoeveel van de gevraagde gegevens er al zijn ingevuld en hoe bruikbaar die ingevulde informatie is. Daarnaast geven we tips van Woo-functionarissen en bespreken we een aantal gevaren die het beoogde einddoel in de weg staan.
De Woo-index is ook beschikbaar via de WooGLe-zoekmachine. Het WooGLe-team van de Universiteit van Amsterdam heeft een dashboard ontwikkeld – te vinden op https://index.wooverheid.nl/status – waarop steeds actueel te zien is hoe goed gevuld de Woo-index is. Alle cijfers genoemd in dit artikel komen uit de stand van dit dashboard op 28 augustus 2024.
Allereerst kijken we hoeveel van de bestuursorganen die in het Register van Overheidsorganisaties staan in de Woo-index zitten. In dat register zitten 1.080 organisaties, waarvan er 971 onder de Woo vallen. Hiervan zitten er 708 (73 procent) in de Woo-index. In de Woo-index worden die organisaties onderverdeeld in 14 soorten.
Alle gemeentes (342), provincies (12), waterschappen (21), en hoge colleges van staat (5) staan in de Woo-index. Alle 12 “oude” ministeries staan erin. Eind augustus stonden de 3 nieuwe ministeries er nog niet in. De adviescolleges zijn met maar 7 van de 98 (7 procent) de minst vertegenwoordigde groep.
Wat zit erin?
We onderscheiden drie soorten informatie in de Woo-index: informatie over het indienen van een Woo-verzoek, informatie over de Woo-contactpersoon, en de links naar pagina’s met openbaar gemaakte informatie. 408 Bestuursorganen (42 procent) gaven een link naar een pagina met informatie over het indienen van een Woo-verzoek, 331 (34 procent) daarvan gaven daarbij een fysiek adres om het verzoek in te dienen, en bij 225 kon dat (ook) digitaal. Tabel 1 geeft hiervan een uitsplitsing per type bestuursorgaan, samen met het deel dat een link heeft naar de gepubliceerde Woo-besluiten.
Elk bestuursorgaan moet een Woo-contactpersoon hebben. Goed contact met deze functionaris voor en tijdens een Woo-verzoek is enorm belangrijk: verzoeken kunnen voorkomen worden omdat de Woo-functionaris kan wijzen naar de plek waar gevraagde stukken al openbaar gemaakt zijn. Tijdens een verzoek kan overleg met de verzoeker over de precieze wens achter het verzoek leiden tot een enorme beperking van werk en daarmee versnelling van de inwilliging van het verzoek.
Jammer genoeg zien we in de Woo-index nog erg veel algemene telefoonnummers en e-mailadressen. Slechts 415 (43 procent) bestuursorganen gaven de naam van de Woo-contactpersoon of het Woo-team, 235 (24 procent) het e-mailadres en maar 198 (20 procent) een direct telefoonnummer van de Woo-contactpersoon.
*Dit is het eerste deel van een artikel uit Od 39: Kwaliteitsawards. Verder lezen? Meld je dan hier aan voor een abonnement of vraag een gratis presentexemplaar op.
De nominatie- en aanmeldronde voor de Od Kwaliteitsawards 2025 is geopend! Vorig jaar sleepten De Nederlandsche Bank (DNB) en de Veiligheid- en gezondheidsregio Gelderland Midden (VGGM) deze prijzen in de wacht, maar wie gaat er in 2025 met de eer van door? Dit is hét moment om overheidsorganisaties te erkennen die uitblinken in hun informatiehuishouding. Meld jouw organisatie aan of nomineer een ander via https://kwaliteitsaward.od-online.nl/2025/ en laat zien wie dit jaar het verschil maakt!