10 maart 2025

De toekomst van digitale informatie in Nederland

image for De toekomst van digitale informatie in Nederland image

Tekst Theo Kremer
Beeld Shutterstock

In een tijd waarin Google Maps onmisbaar is voor onze dagelijkse navigatie, blijft de toegang tot cruciale ruimtelijke data in Nederland achter. Theo Kremer, informatiespecialist bij de gemeente Amsterdam, werpt een kritische blik op de huidige situatie en de stappen die worden gezet om de digitale infrastructuur van de overheid te verbeteren.

Wie van jullie gebruikt Google Maps? Terwijl ik dit opschrijf, heb ik al een vermoeden over het antwoord: namelijk iedereen. We gebruiken het bijvoorbeeld om files te vermijden of om verzekerd te zijn van de meest optimale reistijd. Ook om te weten waar we kunnen tanken, waar we kunnen eten en hoe deze gelegenheden beoordeeld worden, wat de prijs-kwaliteitverhouding is, waar de musea en theaters te vinden zijn en hoe ze er vanbinnen uitzien, en zelfs waar de dichtst­bijzijnde huisarts is. We kunnen, of in ieder geval willen, niet meer zonder.

Maar als we vragen waar de kabels en leidingen liggen, welke plannen er zijn voor dit gebied, welke omgevingsvergunning is aangevraagd in deze straat, welk archeologisch erfgoed er in de grond zit, welke bijzondere fauna hier aanwezig is, en welke wet- en regelgeving van toepassing is, dan is het antwoord heel anders dan bij Google. Op al deze vragen volgt vaak een ontkenning. Nee, dat kunnen wij niet acuut leveren. En zeker niet op de manier waarop Google dat doet. Oh, is dat geheim? Achter de deuren van de gemeenten of andere overheden hebben ambtenaren deze informatie wel. Helaas moet ik u teleur­stellen: ook zij beschikken niet over een mapsachtige voorziening om deze infor­matie te raadplegen. Niet op kaart, niet in een model, en als die kaarten of modellen er wel zijn, zijn ze vaak niet gekoppeld of geïntegreerd.

Cynisch?

Ja, maar er is toch een Wet open overheid? Als ik daar een beroep op doe, krijg ik dan mijn informatie? Zeker! U krijgt alles wat u mag weten, maar niet meer dan wat het ambtelijke apparaat kan leveren. Of, om het preciezer te formuleren: datgene wat de afdeling die deze informatie levert kan vinden, en hopelijk binnen de maximale zoektijd van zes weken. En als deze afdeling geen lijntje heeft met de uitvoerende technische afdelingen, is de kans groot dat uw wachten u enkel pdf’s oplevert, al dan niet uitgeprint en zwartgelakt. Ben ik cynisch? Ik hoop het. Maar ik vrees van niet. Dit is de werkelijkheid die ik de afgelopen tien jaar heb gezien, terwijl ik manoeuvreerde tussen archieven, gemeentelijke administratie en uitvoerende directies in het ruimtelijke domein.

Ik hoor u hoopvol denken dat de oplossing de verbinding met het ruimtelijke domein is. Dat is zeker een mooi begin, maar het is nog geen oplossing die snel leidt tot een soeverein en autonoom Maps waar wij als inwoners van de Nederlandse staat toegang toe hebben en die antwoord geeft op de eerdergenoemde vragen in de vorm die wij elders zo gewend zijn.

*Dit is het eerste deel van een artikel uit Od 42: Werkomgeving van de toekomst. Verder lezen? Meld je dan hier aan voor een abonnement of vraag een gratis presentexemplaar op.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *